Geachte aanwezigen,
‘Niets is pijnlijker dan werkloos toezien’.
Dat is de opening van een naamloos gedicht van Astrid Lampe, uit de bundel Tulpenwodka.
Vorige maand won zij de PC Hooftprijs.
In de gedichten van Lampe komen de grote thema’s van deze tijd aan bod – klimaat, gender.
En ook, niet zelden: digitalisering.
Niets is pijnlijker dan werkloos toezien.
Ik vind het een mooi motto voor vandaag.
Want het is een belangrijke stap, die we hier als overheid zetten.
Het gaat om niets minder dan het behouden van onze waarden en onze welvaart.
Vandaag ontvouwen wij hoe we grip gaan krijgen op een nieuwe systeemtechnologie.
Een technologie die uiteindelijk een fundamentele en langdurige invloed zal hebben op alle domeinen van de samenleving.
Dat feit blijkt al uit de manier waarop de visie tot stand is gekomen, in nauwe samenwerking met vele departementen. Zoals OCW, EZK en SZW en de medeoverheden.
We baseerden ons op nationaal en internationaal onderzoek en gingen uitvoerig in gesprek met burgers, bedrijven en organisaties van uiteenlopende sectoren.
We lieten alle ruimte aan uiteenlopende perspectieven en hebben deze weten samen te brengen. Ik wil jullie hartelijk danken voor jullie bijdrage en de efficiënte samenwerking.
Nog even over Astrid Lampe.
Zij zou wel eens de eerste dichter kunnen zijn die het woord ‘iCloud’ in een gedicht heeft gebruikt, zij deed dat zelfs tien jaar geleden al.
Zij koppelde dat aan rouw – het idee dat je dierbare dan nog ergens is in de iCloud.
Daar moest ik even aan denken, toen ik een artikel las over nabestaanden die generatieve AI gebruiken om met overledenen te spreken.
Dat roept moeilijke vragen op. Ethische vragen.
Is dit nu troost, of vooruitgang?
Of vooral verwarrend, en verontrustend?
En dat geldt voor alle ontwikkelingen op dit gebied, die ambiguïteit.Het werd ook gezegd tijdens de expertsessies: stop met een simplistisch onderscheid in ‘kansen’ en ‘bedreigingen’. Want in elke kans zit ook een bedreiging – en andersom.
De beste manier om duidelijk te maken waarom wij hier vandaag bij elkaar zijn, is dan ook te laten zien wat generatieve AI nu al teweeg brengt in de wereld.
Sla op een willekeurig moment een krant open, en je komt iets tegen over wéér een nieuwe manier waarop generatieve AI creëert, nabootst, inspireert, misleidt, of een originele combinatie daarvan.
Die veelzijdigheid zou ik graag illustreren met een aantal voorbeelden. Zomaar wat recente krantenkoppen:
- Het blad Sports Illustrated ontslaat de directeur, na beschuldigingen dat artikelen niet van redacteuren maar van generatieve AI zijn;
- Het betalingsbedrijf Klarna vervangt medewerkers door AI;
- AI blinkt uit in het identificeren van walvissoorten, schrijft de BBC;
- De Paus roept op tot een bindende mondiale overeenkomst om AI te reguleren;
- Deloitte wil massa-ontslagen voorkomen met behulp van AI;
- Generatieve AI is een ‘superspreader event’ van nepnieuws, schrijft de Washington Post;
- President Poetin laat zich interviewen door een AI-versie van zichzelf;
- Spotify test een AI-chatbot die playlists kan samenstellen;
- De Franse generatieve AI-startup Mistral is opeens 2 miljard euro waard;
- …En ‘Hallucineren’ is dankzij chatbots woord van het jaar.
En wat nu echt indrukwekkend is aan deze opsomming? Al deze berichten verschenen in hetzelfde weekend, vlak voor Kerst. Dat zegt toch wel iets over het tempo!
In deze berichten zien we ook allerlei dilemma’s terugkomen. We zien bijvoorbeeld hoe generatieve AI bedrijven efficiënter kan maken, maar ook hoe het werknemers bedreigt in hun levensonderhoud. Dat maakt het voor de overheid ook niet makkelijker om vangrails te plaatsen. Generatieve AI is als een Formule 1-wagen, die opeens ook nog blijkt te kunnen vliegen, de atmosfeer kan bereiken, in zee kan duiken en ook nog onzichtbaar is op de radar.
We zien hier ook het thema van regulering – de Paus die oproept tot een mondiale aanpak. Gisteren was er overigens nog een vergelijkbare oproep van António Guterres, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, in Davos. En ook ik vind dat die mondiale aanpak er uiteindelijk moet komen.
Maar vooralsnog kunnen we bijzonder trots zijn op de voortrekkersrol die de Europese Unie heeft. Want de AI-verordening, die onlangs is aangenomen, is een echte mijlpaal en zal de rest van de wereld tot voorbeeld zijn. Nederland heeft er zijn stempel op gedrukt. De benadering sluit naadloos aan op het waardengedreven digitaliseren waar wij voor staan.
De opkomst van generatieve AI gaat enorme gevolgen hebben, ook in Nederland. Op de arbeidsmarkt, in de zorg, in het onderwijs en het onderzoek, in de cultuursector. Laat ik eerst iets zeggen over die arbeidsmarkt.
Eén ding weten we zeker: bestaanszekerheid mag nooit door big tech in de waagschaal worden gelegd. Deze revolutie, die er echt aan zit te komen, mag niet leiden tot lagere lonen en werkloosheid. Mag niet met schokken gaan, of leiden tot schade voor mens en natuur. Volgens het IMF gaat AI impact maken op 40% van de banen wereldwijd.
Arbeidspolarisatie ligt op de loer. Juist hier, juist in Nederland. Juist in een ontwikkelde en complexe economie is de potentiële verstoring het grootst. Daar bescherming tegen bieden, zorgdragen voor die evenwichtige verdeling van lusten en lasten, daar is echt een overheidsbrede visie voor nodig.
Daar hebben we het afgelopen jaar hard aan gewerkt met elkaar. Want het is nog maar iets meer dan een jaar geleden, december 2022, toen Alexander Klöpping op TV liet zien hoe ChatGPT moeiteloos een opiniestuk genereerde. Voor veel mensen was dat de eerste keer dat AI binnen handbereik kwam, dat je het zelf kon ervaren, er iets mee kon maken. Wat Jensen Huang van chipmaker Nvidia noemt: het iPhone-moment voor AI.
Sindsdien hebben we vol ingezet op het ontwikkelen van een allesomvattende visie op deze technologie. En nu, een jaar later, zijn we hier bij elkaar om die visie te presenteren. Als eerste Europese lidstaat hebben we zo’n ambitieuze en veelomvattende visie. Graag bespreek ik met u de belangrijkste punten.
Allereerst benoem ik graag de uitgangspunten die centraal staan.
De visie van het kabinet is dat de samenleving het volle potentieel van generatieve AI kan benutten, als de overheid actief bijdraagt aan veilige en rechtvaardige ontwikkeling en gebruik van generatieve AI. Niet het bedrijfsleven, maar de overheid heeft de regie.
Wij gaan ervoor zorgen dat generatieve AI:
Op een veilige manier wordt ontwikkeld en gebruikt;
Op een rechtvaardige manier ook.
Dat generatieve AI het menselijk welzijn, duurzaamheid en de menselijke autonomie dient, en bijdraagt aan onze welvaart.
Dit alles vraagt om zowel het reguleren van AI-systemen, als om het stimuleren ervan. Wij gaan daar dan ook vol op inzetten.
Het kabinet vindt dat Nederland echt een koploper moet zijn. In Europa, en in de wereld.
Nu hoor ik u denken: mooie woorden, maar hoe gaat Nederland dat bereiken? Een aantal concrete acties wil ik hier alvast benoemen.
We willen dat decentrale overheden generatieve AI-systemen gaan gebruiken in hun dienstverlening. Daarom gaan we pilots opzetten.
Pilots waarin we experimenteren met verantwoorde generatieve AI-toepassingen, in proactieve dienstverlening bij de overheid.
We verkennen ook het instellen van een rapid response team of AI-adviesorgaan. Want als er nieuwe ontwikkelingen zijn, willen we daar direct op kunnen reageren. En om de impact op de arbeidsmarkt in kaart te brengen, vragen we de SER om onderzoek te doen. Vanzelfsprekend gaan we aan de slag met de regels die er nu al zijn, zoals van de AI-verordening. Die gaan we implementeren en toezicht instellen. In Europa zal een AI Office toezicht houden op generatieve AI-modellen. En we zorgen dat toezichthouders in Nederland voldoende middelen hebben.
Verder willen de consequenties voor het onderwijs in kaart te brengen. We gaan dat doen in het Onderwijslab AI. We vinden ook dat zelf experimenteren met generatieve AI is een belangrijke manier om risico’s en kansen te verkennen. Daarom willen we vol inzetten op rekenkracht en hoogwaardige datasets.
Wellicht het meest in het oog springend is dat we een eigen ‘GPT-NL’ laten ontwikkelen door TNO, NFI en SURF. Zo verkleinen we onze afhankelijkheid van big tech – we ontwikkelen een werkelijk waardengedreven alternatief.
Over al deze punten kan ik uitweiden en ik kan nog vele andere noemen. Maar er is vandaag en ook de komende tijd alle ruimte om kennis te nemen van de plannen en hier gedetailleerd op in te gaan met elkaar. Dat gaan we straks in het panel uiteraard ook doen. Ik vertrouw erop dat we met deze overheidsbrede visie een mooie basis hebben gelegd om generatieve AI in lijn te brengen met onze waarden. Een basis waar ook een volgend kabinet, van welke samenstelling dan ook, op voort kan bouwen. Op voort moet bouwen.
Want als we niet ingrijpen, dan leveren we Nederland echt uit aan big tech. We willen onze waarden en welvaart in Nederland behouden. En niets is pijnlijker dan werkloos toezien.
Dankuwel.